21.3: Intracellulaire hormoonreceptoren
Vetoplosbare hormonen diffunderen door het plasma en het kernmembraan van de doelwitcellen om zich te binden aan hun specifieke intracellulaire receptoren. Deze receptoren werken als transcriptiefactoren die de genexpressie en eiwitsynthese in de doelcel reguleren
Op basis van hun werkingsmechanisme worden intracellulaire hormoonreceptoren geclassificeerd als Type I- of Type II-receptoren. Type I-receptoren, waaronder steroïdhormoonreceptoren zoals de androgeenreceptor, zijn aanwezig in het cytoplasma. Hormoonbinding transporteert het hormoonreceptorcomplex naar de kern, waar het zich bindt aan regulerende DNA-sequenties die hormoonresponselementen worden genoemd en gentranscriptie activeert.
Type II-receptoren, zoals de schildklierhormoonreceptor, zijn gebonden aan hun DNA-responselementen in de kern, zelfs als er geen hormoon aanwezig is. De receptor fungeert als een actieve repressor van transcriptie. Bij hormoonbinding activeert het receptor-hormooncomplex echter de transcriptie van genen die de productie van het schildklierhormoon induceert.